Angst is een normaal verschijnsel in de ontwikkeling van kinderen, van babytijd tot volwassenheid. Angst is aangeboren en beschermt kinderen tegen allerlei gevaren en draagt bij aan hun overleving. Het niet of te weinig ontwikkelen van dergelijke angsten kan een teken zijn van een problematische of vertraagde ontwikkeling van het kind. Echter wanneer de angsten heviger, frequenter zijn en meer gebieden betreffen dan bij de meeste kinderen, en wanneer de angsten het dagelijks leven beïnvloeden, kan er sprake zijn van een angststoornis.
Er zijn verschillende angststoornissen waar kinderen aan kunnen lijden:
- Specifieke fobie: angst voor bepaalde dieren, natuurgeweld, bloed- of injecties, liften, vliegtuigen en andere besloten plaatsen
- Paniekstoornis: paniekaanvallen
- Agorafobie: angst om in een bepaalde situatie te zijn waar je niet uit kunt ontsnappen bij gevaar (plein, winkel, grote groep mensen)
- Sociale fobie: angst voor een of meerdere situaties waarin het kind sociaal moet functioneren
- Gegeneraliseerde angststoornis: overdreven veel zorgen maken en piekeren
- Separatieangststoornis: angst om alleen te zijn en niet bij de ouders zijn
- Selectief mutisme: angst om te spreken in specifieke sociale situaties
Angststoornissen kunnen leiden tot allerlei problemen, zoals schooluitval, depressie en alcoholmisbruik, gedragsproblemen en problemen in het gezin.
Angststoornissen zijn de meest voorkomende vorm van psychopathologie bij kinderen en jongeren. Naar schatting zou tussen de 5 en 20% van de kinderen voldoen aan de criteria, en in recent Nederlands onderzoek zou dit percentage nog hoger liggen.